Op de drempel van het ogenblik

Corona: Europees herstelfonds

Met hun herstelplan smeden Angela Merkel en Emmanuel Macron Noord- en Zuid-Europa hechter aaneen en wapenen ze de EU tegen de nationaal-populisten. Nu de rest van de Europese leiders nog.

Barcelona - Rode Kruis
Mensen halen gedoneerd voedsel op in een distributiecentrum van het Rode Kruis, Barcelona, 20 mei 2020
© Enric Fontcuberta / EPA / ANP

In zijn boek De passage naar Europa karakteriseert historicus en filosoof Luuk van Middelaar de politicus die het verschil kan maken als een ‘tijdkunstenaar’. Dankzij zijn gevoel voor het cruciale moment weet de politicus die deze kunst meester is wanneer hij de geschiedenis een beslissende draai kan geven en een doorbraak naar nieuwe verhoudingen kan forceren. Kortom, aldus Van Middelaar: ‘Hij schept feiten op de drempel van het ogenblik.’

In dat licht gezien, ontgaat je iets als je het Europese initiatief van Angela Merkel en Emmanuel Macron droogjes als een ‘herstelfonds’ betitelt of, dramatischer, als een ‘reddingsplan’. Met die termen uit het economische jargon mis je de politieke crux van hun plan voor een fonds van de gezamenlijke EU-lidstaten, bedoeld om het leed te verzachten in de landen die de coronacrisis het hardst treft.

In een hachelijke fase in het bestaan van Europa zetten de leiders van Duitsland en Frankrijk hun volle politieke gewicht achter een actie om de Europese Unie hechter aaneen te smeden, dwingen ze andere lidstaten te tonen hoe ver hun Europese engagement daadwerkelijk gaat en leggen ze de verlakkerij van de nationaal-populisten bloot. Hun drijfveer is het besef dat de EU in crisistijd onmisbaar is om Europa te behoeden voor economische chaos en vredesbedreigende conflicten tussen landen.

In een gezamenlijke persconferentie met de Franse president, op de avond van de achttiende mei, liet bondskanselier Merkel zien wat Van Middelaar bedoelt met politiek leiderschap dat het ogenblik benut. In minder dan twee minuten schetste zij de onontkoombaarheid van een koerswending in de EU waarbij de lidstaten meer gezamenlijke verantwoordelijkheid voor elkaar nemen. De coronacrisis is daar het moment voor, betoogde zij: ‘Crisistijden zijn ook altijd tijden om te strijden voor een idee. Frankrijk en Duitsland treden hier voor het Europese idee in het strijdperk.’

Om de aard van dat Europese idee te schetsen, herinnerde ze aan de complottheorieën die tijdens een crisis in vruchtbare aarde vallen, aan het politiek extremisme, de opspelende haatgevoelens tussen volkeren en groepen, het antisemitisme. Merkel: ‘Op dat alles luidt het antwoord: Europa moet gezamenlijk handelen. In zijn eentje heeft de nationale staat geen toekomst. En als ik voor Duitsland spreek: met Duitsland zal het op den duur alleen goed gaan als het met Europa goed gaat. Dat is zo helder als wat. Dat geldt zowel voor de vrede en vrijheid, als voor het welzijn en de welvaart.’

Merkel voegde zich met deze woorden naar de continuïteit van de Duitse naoorlogse geschiedenis. Sinds 1945 is het axioma van de Duitse politiek dat het land in Europa moet zijn verankerd. Acht jaar na Hitlers veroveringsoorlog deed de schrijver Thomas Mann de befaamde uitspraak waarin die stelregel is vervat: zijn land moet ‘geen Duits Europa maar een Europees Duitsland’ nastreven.

Des te krachtiger was het signaal dat Merkel gaf met haar breuk met de historische continuïteit: zij is bereid een taboe in de Duitse monetaire orthodoxie te slechten. Dat deed ze door akkoord te gaan met de primeur van collectieve Europese leningen. In het reddingsplan mag de Europese Commissie voor het eerst namens de lidstaten geld ophalen op de internationale kapitaalmarkt, om dat als giften door te sluizen naar de landen die in hun economie het hardst worden getroffen. Zo breekt Merkel met het leerstuk uit de eigen financiële rechtzinnigheid dat Europa geen ‘transferunie’ mag worden, een tussenstation om geld van goed presterende economieën zoals de Duitse en de Nederlandse over te hevelen naar de armere zuidelijke lidstaten.

Nederland is op de Europese top in juni ‘hét land om in de gaten te houden’

Uitzonderlijke tijden vragen om uitzonderlijke maatregelen, luidde het argument van Merkel: ‘Als we nu geen moedig voorstel zouden doen, dan laten we de gebeurtenissen op hun beloop.’ Ook al is het dan nu bij wijze van uitzondering, uit de primeur van de gemeenschappelijke Europese lening kan een nieuwe financiële architectuur van de Unie voortkomen waarin Noord- en Zuid-Europa vaster aan elkaar zijn geklonken.

Dat is een keuze voor realistische belangenpolitiek, want de noordelijke landen zijn erbij gebaat dat Zuid-Europa niet wegzakt in een poel van economische en sociale ellende. Daar zijn ook politieke redenen voor: de dreiging van een populistische reactie of zelfs een terugkeer van het fascisme. Al vóór de coronacrisis manifesteerde zich dat, verhuld of openlijk, in politieke groeperingen als Lega (Italië), Vox (Spanje) en Gouden Dageraad (Griekenland).

Lees verder in De Groene

 


Verschenen in De Groene Amsterdammer nr. 22 (27 mei 2020).